Inwendige schouderbotsing is een aandoening die voornamelijk werpende atleten treft.
Deze toestand is van invloed op de volgende structuren:
- Het posterieure labrum: Het labrum in het posterieure-superieure gebied van de schouder is vaak gerafeld of gedeeltelijk gescheurd. In meer ernstige gevallen kan een SLAP-traan ontstaan, een traan die zich uitstrekt tot aan de bevestiging van de bicepspees.
- De rotatormanchet: Een scheur in de rotatormanchet met een gedeeltelijke dikte tast het onderoppervlak van de rotatormanchet aan.
Het probleem wordt veroorzaakt door knijpen tussen de tuberositas (bovenkant van de humerus) tegen het labrum. Interne schouderbotsing remt interne rotatie, wat het vermogen is om de schouder volledig naar binnen te draaien.
Tekenen van interne beknelling
De meest voorkomende symptomen van dit probleem zijn:
- Pijn bij het gooien van sporten boven het hoofd (zoals tennisservices)
- Gevoeligheid aan de voorkant van de schouder (pectoralis minor pees / coracoïde proces)
- Tederheid rond het schouderblad en het achterste schouderkapsel
U merkt misschien dat u moeite heeft om hoog naar achteren te reiken aan uw aangedane zijde in vergelijking met uw niet-aangedane zijde.
De mobiliteit van de schouder is meestal enigszins abnormaal tijdens een lichamelijk onderzoek. Specifiek, met interne schouderbotsing, zou je meer externe rotatie kunnen hebben dan verwacht (wat gebruikelijk is bij werpende atleten) en een enigszins verminderde interne rotatie.
En u kunt een subtiele instabiliteit van uw schoudergewricht hebben. Aangenomen wordt dat de instabiliteit van de schouder een belangrijk onderdeel is van de ontwikkeling van interne impingement.
Diagnostische tests kunnen een röntgenfoto van de schouder omvatten, wat meestal normaal is. Een MRI toont over het algemeen enige kneuzingen (oedeem) aan het kogelgewricht, een gedeeltelijke scheur in de dikte van de rotatormanchet en / of schade aan het labrum (hoewel meestal geen loslating van het labrum).
Behandelingsopties
De behandeling begint meestal met niet-invasieve strategieën om de problemen in de schoudermechanica aan te pakken. De focus van de behandeling is om de normale schouderrotatie terug te krijgen en om de beweging van de scapula door het bewegingsbereik van de schouder te verbeteren.
Een fysiotherapeut of trainer kan met u samenwerken om dit doel te bereiken. Conservatief management helpt het overgrote deel van de tijd, zelfs voor topsporters.
Als u niet verbetert ondanks een gerichte inspanning in de therapie, kunt u overwegen om een arthroscopische schouderoperatie te ondergaan. Over het algemeen wordt een operatie uitgevoerd om schade aan de rotatormanchet of het labrum te herstellen, en ook om eventuele subtiele instabiliteit van het schoudergewricht aan te pakken die mogelijk bijdraagt aan het probleem.